Angststoornissen zijn een van de meest voorkomende psychische problemen. Ze gaan verder dan gewone bezorgdheid en kunnen je dagelijks leven ernstig verstoren. Gelukkig zijn er effectieve behandelingen om angststoornissen te beheersen.
Wat is het, hoe kan het ontstaan en wat zijn de symptomen?
Angststoornissen omvatten een breed scala aan aandoeningen, zoals paniekstoornis, sociale angststoornis en gegeneraliseerde angststoornis. Een angststoornis is meer dan ‘gewoon bang zijn’. Het is een psychische aandoening waarbij de angst langdurig aanhoudt, niet in verhouding staat tot de situatie, en je dagelijks functioneren belemmert. De angst kan zich richten op specifieke situaties (zoals sociale contacten, spinnen of reizen), maar ook constant op de achtergrond aanwezig zijn, zonder duidelijke aanleiding.
Hoe kan het ontstaan?
Er is zelden één oorzaak. Angststoornissen ontstaan door een complex samenspel van biologische, psychologische en sociale factoren:
- Genetische aanleg: Angststoornissen komen vaker voor in families. Bepaalde genen beïnvloeden de gevoeligheid van je zenuwstelsel voor stress.
- Biologische factoren: Angst activeert het autonome zenuwstelsel. Bij mensen met een angststoornis reageert dit systeem sneller en heftiger. De amygdala (het angstcentrum in de hersenen) is vaak overactief. Ook de HPA-as, die het stresshormoon cortisol aanstuurt, is vaak uit balans.
- Hechting en opvoeding: Een onveilige of wisselende hechtingsstijl in de kindertijd vergroot de kans op angst. Als je ouders overbeschermend, emotioneel afwezig of wisselend beschikbaar waren, leer je onbewust dat de wereld onveilig is.
- Trauma: Angststoornissen kunnen ontstaan na ingrijpende gebeurtenissen zoals een ongeluk, medische ingreep, pesten, misbruik of geweld – ook als deze losstaan van de opvoeding of hechting.
- Persoonlijkheid en copingstijl: Mensen die perfectionistisch zijn, veel piekeren of moeite hebben met controleverlies, lopen meer risico op het ontwikkelen van angstklachten.
Symptomen van een angststoornis
De klachten verschillen per persoon en per type stoornis. Veelvoorkomende symptomen zijn:
- Snelle hartslag, benauwdheid of hyperventilatie
- Rusteloosheid of een opgejaagd gevoel
- Duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd
- Vermijding van bepaalde situaties
- Slaapproblemen of concentratieproblemen
- Angstige gedachten of doemscenario’s
- Overmatige zorgen maken, ook over kleine dingen
- Sociale terugtrekking of onzekerheid in contact met anderen