Wat is het, hoe kan het ontstaan en wat zijn de symptomen?
Emotieregulatie verwijst naar het vermogen om gevoelens op een flexibele, gezonde manier te ervaren, te uiten en te sturen. Als je dit vermogen onvoldoende ontwikkeld hebt of als het verstoord is, kun je overvallen worden door intense emoties, moeilijk kalmeren, of juist ‘afgesloten’ raken van je gevoelens.
Er zijn grofweg drie soorten verstoringen:
- Overregulatie: je onderdrukt emoties en voelt je vervreemd.
- Onderregulatie: je raakt overspoeld en verliest controle.
- Ontregeling door trauma: het zenuwstelsel staat permanent in stressmodus.
Oorzaken:
- Vroege hechtingsproblemen (Fonagy & Target, 2002)
- Traumatische ervaringen of langdurige stress
- Neurobiologische kwetsbaarheid (bijv. verhoogde amygdala-activiteit)
- Opvoeding waarin emoties niet benoemd of geaccepteerd werden
Wat gebeurt er in je hersenen?
Neuroimaging-onderzoek toont aan dat bij verstoorde emotieregulatie de prefrontale cortex (verantwoordelijk voor zelfcontrole) minder goed samenwerkt met de amygdala, het hersengebied dat emoties signaleert. Hierdoor is je brein sneller gealarmeerd en moeilijker te kalmeren (Ochsner et al., 2012).
En het autonoom zenuwstelsel?
Bij chronische disregulatie is het sympathisch zenuwstelsel vaak overactief. Dit zorgt voor een constante staat van vecht- of vluchtreactie, met symptomen zoals hartkloppingen, zweten, spanning en alertheid. De ventrale vagus, die normaal helpt te ontspannen, wordt minder actief. Gevolg: je raakt sneller uitgeput en minder sociaal afgestemd (Porges, 2011).
Symptomen:
- Heftige stemmingswisselingen
- Snel overprikkeld of overstuur zijn
- Moeite met het uiten of herkennen van gevoelens
- Impulsief gedrag of woede-uitbarstingen
- Lichamelijke klachten zonder medische oorzaak
- Gevoelens van leegte of vervreemding